PROF. DR. JOOP HARTOG

De eenzame schoonheid van het sneeuwklokje

De tuin ligt nog vol met afval van de herfst, met rottend blad en met afgewaaide takken. De grond is somber, nat, treurig bruin.

In een donkere hoek bloeit het eerste bosje sneeuwklokjes. Parelend wit, zachtjes bungelend in een zuchtje winterwind.

Ontroerend mooi.

Helemaal in zichzelf gekeerd, zonder enige aandacht voor de omgeving, volledig onbewust van hun kwetsbaarheid. Als een jonge vrouw die zich onbespied waant en juist daarmee voor de spieder zo ontwapenend is.

Eenzaam, en daarmee onschuldige kracht uitstralend, de kracht van de autonome soevereiniteit, niks van de buitenwereld dringt er in door.

Wonderlijk, dat een tuiltje sneeuwklokjes zo’n uitstraling kan hebben.